Stap 68: Kalibreren de servomotoren
Eerst moet u de servo's kalibreren.
Als u nog niet met Arduino gewerkt, de stuurprogramma's vanaf de website van Arduino installeren. [http://arduino.cc/en/Guide/ArduinoLeonardoMicro?from=Guide.ArduinoLeonardo]
Plak de volgende code in een Arduino sketch:
Bel de Servo-bibliotheek
#include
In dit eerste blok van code geeft u elke servo een naam.
Het is raadzaam om te verwijzen naar hun positie als voorzijde (F), back(B), //bottom(B) of top (T). De voorkant – top motor heet dan servoFT.
Servo servoFB;
Servo servoFT;
Servo servoBB;
Servo servoBT;
Hier maken we variabelen (gehele getallen) en hieraan een nummer,
alle nummers die volgt zal veranderen voor elke machine en servo.
Twee variabelen per servo, dat betekent twee posities: in-en uitchecken.
"in" betekent het, arm's servo pakt werkstand en
"out" betekent is de arm niet in de werkstand.
het nummer verwijst naar de positie van de hoek van de arm.
int servoFB_in = 119;
int servoFB_out = 92;
int servoFT_in = 54;
int servoFT_out = 160;
int servoBB_in = 67;
int servoBB_out = 100;
int servoBT_in = 88;
int servoBT_out = 150;
VOID Setup
{
Hier geven we aan in welke pin is verbonden elke servo.
servoFB.attach(7); Dit betekent dat servoFB is verbonden met pin 7
servoFT.attach(8);
servoBB.attach(9);
servoBT.attach(10);
}
void loop
{
We gebruiken de variabelen gemaakt vóór, zodat we niet hoeven te worden met behulp van nummers hier
op deze manier werken we net aan het bovenstaande gedeelte van de code gemakkelijker.
servoFB.write(servoFB_in);
servoFT.write(servoFT_in);
servoBB.write(servoBB_in);
servoBT.write(servoBT_in);
We gebruiken een vertraging van 3 seconden om te zien wat de motor doet,
de vertraging laten toe om te zien wat de motor doet voordat het begint weer bewegende
vertraging (3000);
servoFB.write(servoFB_out);
servoFT.write(servoFT_out);
servoBB.write(servoBB_out);
servoBT.write(servoBT_out);
een vertraging van 1 seconde laat ons weten als we in de werkstand of niet
vertraging (1000);
}