Stap 6: Implementeer uw app.
1. met het open van de toepassing in Visual Studio en stelt u de architectuur in de vervolgkeuzelijst voor werkbalk. Selecteer ARM.
2. in de werkbalk van Visual Studio, klik vervolgens op de lokale Machine dropdown en selecteer externe Machine.
3. op dit punt, zal Visual Studio presenteren het dialoogvenster Externe verbindingen. Als eerder u PowerShell gebruikt om een unieke naam voor uw apparaat, kunt u het hier (in dit voorbeeld we mijn-apparaat gebruiken). Gebruik anders de IP-adres van uw Windows IoT Core-apparaat. Na het invoeren van het apparaat naam/IP geen voor Windows-verificatie selecteert en vervolgens op Selecteer.
4. u kunt controleren of deze waarden wijzigen door navigeren naar de projecteigenschappen (Selecteer Eigenschappen in de Solution Explorer) en de Debug-lusje op de linkerzijde te kiezen.
Wanneer alles is ingesteld, moet u zitten kundig voor druk op F5 vanuit Visual Studio. Als er zijn ontbrekende pakketten die u niet hebt geïnstalleerd tijdens de installatie van kan Visual Studio u gevraagd te verwerven die nu.