Stap 4: Patroon steken 101
De hechtingen kunnen verschillende vormen aannemen, die elk ziet er anders uit.
De eerste steek is een fundamentele double cross stitch: Breng de naald uit de achterkant van de stof aan de voorkant bij de eerste van de draden u in deze groep wilt opnemen, breng de naald tussen de laatste van de draden voor deze groep en de eerste in de volgende groep en doorgeven over de onderwerpen in deze groep aan de achterkant dan terug vooruit aan het begin van de groep en terug via het oversteken van de stof de Start van de steek en het nemen van een steek achterwaarts in het weefsel te beginnen met de next-lus. Herhaal over. Bekijk de foto's van de lange bar met de witte denim draden.
Eenvoudige lus steek: naald omhoog brengen vanaf de achterkant van het weefsel in de buurt van het midden van de groep van draden worden gescheiden, doorgeven achter de groep, dan terug in het weefsel zo dicht mogelijk bij waar het vandaan kwam erop. Zie eerste rij van het kleine plein met de blauwe draden tonen.
Single cross stitch: Houd de double cross stitch, maar houden de kortere steken, zodat u alleen eens onder elke afzonderlijke groep passeert. Tweede kant van lange rechthoek met witte draden zien.
Bar steek: dit is eigenlijk de steek van de lus gedaan naar achteren, zodat er een lus rond de draden aan achterkant, rond de voorkant en weer terug naar de achterkant van de stof, met een kleine steek om de naald in plaats voor de volgende steek. Zie laatste foto met lange rechthoek.
De "Y" steek: een single cross stitch met één tak korter zodat de draad vormt een Y-vorm. Zie vierkantje in de laatste foto.
** Opmerking: Zorg ervoor dat je jezelf voldoende ruimte om te borduren aan beide zijden, wanneer het patroon wordt aangedrongen op twee vakjes in tandem in een willekeurige richting!