Stap 3: Vul de helft een vlinder
3) voor beginners:
(3a = beurt) = zodat uw ambacht op links, en uw haak aan de rechterkant is
(3b = in 5chSp) = zodat alle steken tussen de volgende lofbetuigingen moeten worden gebracht in de ruimte die u hebt aangebracht met de 5 steken van de keten in de vorige rij.
(3 c = 3DC) = 3 dubbele wordt in de ruimte 5 keten
(3d TC =) = 1 triple gehaakt in de zelfde 5chSp
(3e pic =) = een picot: 3 keten steken en een slip stitch aan de bovenkant van de triple haak die u hebt gemaakt in 2d
(3f = 2TC) = 2 meer triple wordt in de zelfde 5chSp (de triple wordt en de picot van 3d naar 3f moeten kijken alsof u 3 triple wordt met een hobbel gemaakt
(3 g = 3DC) = 3 dubbele worden in de zelfde 5chSp
(3h = SC) = een enkele haak, de laatste steek in dat dezelfde 5 ruimte keten
(3i = SlSt) = een slip stitch, and omdat niets wordt vermeld, plaatst u uw haak in de steek na de steek die u een steekje vallen zojuist; het klinkt moeilijk, maar zijn vrij eenvoudig: gewoon zetten van de haak in de steek na de spatie 5 keten, en maak uw slip stitch
(3j = in 3chSp {2DC - 2TC - 2DC}) = de steken tussen de volgende onderscheidingen moet worden gebracht in de 3 keten ruimte die u hebt gemaakt in de vorige rij, dus maak 2 dubbele haakpennen, 2 triple wordt, en 2 meer dubbele haakpennen in die keten ruimte
(3k = in laatste st: SlSt) = zet uw haak in de laatste steek van de vorige rij, en maak een slip stitch
(NL-3) - keer - in 5L-boog: {3st - d.st. - pic - 2d.st - 3st - v} - hv - in 3L-boog: {2st - 2d.st - 2st} - in de laatste steek: hv
3) voor beginners:
(3a = keer) = draai zodanig dat je werkje links is, nl je haaknaald rechts
(3b = in 5L-boog) = dus moeten alle steken tussen de volgende lofbetuigingen in de boog gestoken worden, sterven in de vorige toer ontmoette 5 lossen wordt gemaakt
(3c = st) = 3 stokjes in de 5L-boog
(3d=d.st) = 1 dubbel stokje in dezelfde 5L-boog haken
(3e pic =) = haak een picot: haak dus 3 lossen, nl een halve vaste op het dubbel stokje dat je in 2d haakte
(3f=2d.st) = haak nog 2 stokjes in dezelfde 5L-boog (de dubbele stokjes nl de picot van 3d tot 3f zouden er moeten uitzien als 3 dubbele stokjes ontmoette een bult)
(3g = 3st) = 3 stokjes in dezelfde 5L-boog
(3h = v) = een vaste, de laatste steek die je in diezelfde 5L-boog maakt
(3i hv =) = een halve vaste, nl aangezien er niets vermeld is, steek je je haaknaald in de steek na de steek waar je juist een steek op maakte; het klinkt moeilijk, maar het is gemakkelijk: steek gewoon je haaknaald in de steek na de 5-L-boog, nl maak je halve vaste
(3j = in 3L-boog: {2st - 2d.st - 2st}) = de steken tussen de lofbetuigingen moeten in de 3L-boog van de vorige toer gestoken worden, dus maak 2 stokjes, 2dubbele stokjes, nl nog eens 2 stokjes in sterven boog van 3 lossen
(3k = in de laatste steek: hv) = steek je haaknaald in de laatste steek van de vorige toer, nl haak een halve vaste.